Voetbal Q&A met Petteri Forsell
Petteri Forsell - een professionele voetballer en een kunstenaar op het gebied van vrije trappen - speelt al zijn hele leven met verschillende soorten voetballen. Hij staat bekend om zijn vurige raketschoten met beide voeten, zelfs vanuit moeilijke posities. In dit interview beschrijft Petteri zijn relatie met verschillende soorten voetballen en traptechnieken en onthult hij het geheim achter zijn traptechniek en welk balmodel hij het liefst gebruikt voor vrije trappen. Lees het interview hieronder.
Wat was je eerste voetbal die je je herinnert?
Ik heb zoveel voetballen gehad dat ik mijn eerste niet meer precies kan herinneren. Maar ik herinner me er wel een paar in het bijzonder. Er was een gouden Nike techniekbal die altijd met me mee ging op reis. Die ligt nog steeds thuis in Kokkola. Ik herinner me ook dat mijn vriend Teme tijdens toernooi-jaren een toernooibal kreeg. Ik herinner me specifiek de Adidas Fevernova en Roteiro ballen. Hij kwam ze soms met me trappen, maar naar mijn mening niet vaak genoeg, haha. Ik heb zelfs een paar keer bij hem aangeklopt om te vragen of ik de Roteiro mocht lenen.
Wat zijn jouw favoriete voetballen ooit?
Mijn favoriete voetballen aller tijden zijn Nike voetballen van rond 2010-2013 en Adidas ballen van de laatste jaren. Mijn beste trainingsveldherinneringen zijn echter met de Roteiro en Fevernova ballen, ook al waren ze niet van mij. 😄
Waarom kun je zo goed tegen een voetbal trappen?
Ik zal deze keer niet “oefenen” zeggen - dat is waarschijnlijk voor iedereen duidelijk. Maar ik kan wel een paar redenen geven. Ik had een onweerstaanbare behoefte om elk type trap onder de knie te krijgen. Dus ik heb de vaardigheid ontwikkeld om rechte trappen, trappen met de binnenkant van de voet, trappen met de buitenkant van de voet, chips en dinks met beide benen uit te voeren. Als kind en tiener kreeg ik ook geen instructies over hoe ik moest oefenen, dus ik deed gewoon wat ik het leukst vond: tegen de bal trappen.
Hoe zou je jouw traptechniek omschrijven?
Mijn traptechniek is erg veelzijdig. Ik kan met beide voeten vanuit extreem moeilijke posities schieten, zelfs zonder aanloop, en nog steeds behoorlijk explosieve schoten genereren. Ik houd er nog steeds van om vanuit verschillende hoeken en posities te trainen.
Je hebt ook futsal en strandvoetbal gespeeld. Hoe verschilt het trappen bij deze sporten in vergelijking met gewoon voetbal?
Het grootste verschil is dat de ruimte kleiner is en er minder tijd is om te schieten. Bij beide sporten is het vooral belangrijk om snel te kunnen schieten zonder veel instellingen. Dat gezegd hebbende, naarmate mijn schot bekender werd - vooral tijdens mijn tijd in Polen - had ik zelfs op het voetbalveld weinig tijd om te schieten omdat tegenstanders me in de buurt van het strafschopgebied dubbel controleerden. Natuurlijk vliegt de bal soms de tribune in als je snel probeert te schieten vanuit een moeilijke positie. Daarom benadruk ik het belang van het behouden van je gevoel voor schieten, zelfs op mijn leeftijd.
Wat vind je van trainen zonder bal?
Ik denk dat trainen zonder bal het meest zinloze is dat ooit voor voetbal is uitgevonden.
Hoeveel voetballen zijn er nodig voor een goede schietoefening als je alleen traint?
Toen ik jonger was, had ik 10 ballen nodig voor een goede schietsessie. Tegenwoordig heb ik er 20 nodig. Ik weet niet waarom. Als er een keeper bij is, is 10 genoeg. Anders heb je er echt 20 nodig.
Wat is het mooiste doelpunt uit je carrière tot nu toe?
Waarschijnlijk mijn eerste doelpunt voor het nationale team van Finland in mijn debuutwedstrijd. Toch is het niet mijn favoriet. Mijn favorieten waren een paar prachtige afstandsschoten die ik in Polen maakte.
Welke bal is het beste voor vrije trappen?
Vrije trappen gaan goed met bijna elke bal, zolang ik 1-2 weken de tijd krijg om aan het gevoel te wennen. Maar als ik moest kiezen, zou ik Nike of Adidas zeggen.
Waarom is spelen met een voetbal zo leuk?
Spelen met een bal is leuk omdat de bal precies reageert op jouw vaardigheid, traptechniek en inzicht erin. Coaches, spelers en statistieken kunnen zeggen of doen wat ze willen, maar de bal liegt niet. Hij moet getemd worden.
De geïnterviewde is een profvoetballer die in de Poolse, Turkse, Zweedse en Finse competities heeft gespeeld. Hij is ook 12 keer uitgekomen voor het Finse nationale voetbalelftal.